NARCOPROP (1) , Bijlage van Gramschap 14, uitgave  1 november 1980


Het boekje NARCOPROP bevatte verhalen over drugs (die eerder waren verschenen in het tijdschrift Narcoprop, een uitgave van de Aardenburgse Morphine Fabriek uit 1978). Andere bijlages van deze Gramschap waren een poster en een zakje gedroogde kaalkoppaddestoelen.
Vanwege dit zakje oer-hollandse paddestoeltjes o.a. geplukt op het grasveld voor het Stadhuis van Aardenburg, werd de oplage in beslag genomen door justitie.

Bij Gramschap 25 zou een tweede Narcoprop boekje verschijnen.




omslag


NARCOPROP presenteert:

EEN ERNSTIGE GRIEP

een realistiese analyse


Die dag had ik een afspraak met de ambtenaar van sociale zaken op de secretarie van het gemeentehuis te X. Het geld van mijn laatste BKR-uitkering was op, en ik kwam nu een aanvraag voor de Bijstandswet indienen.
In het kamertje waarin ons gesprek plaatsvond stonk het verschrikkelijk. “Dat is de gemeente-ontvanger”, wordt lachend gezegd. “Die zit hier om negen uur ‘s morgens lekker te schijten. Hij stinkt dan ook nog altijd naar de drank die hij de vorige dag genuttigd heeft. Soms kom ik hier en dan zit hij op de plee met de deur open, peuk sigaar in zijn kop.” Inderdaad, de man scheidt een weerzinwekkende geur af, en ik ga maar gauw naar huis.
Twee weken later: er wordt gebeld. De ambtenaar van sociale zaken is daar. Ze wil nog wat komen praten en zegt dat ze ook geld bij zich heeft. Het valt me op dat ze er niet erg fit uitziet, en als ik haar dat vertel beklaagt ze zich over de ‘alom heersende griep’. Ik bied haar aan een kopje thee te zetten, en geef haar een stick, waarvan ze een paar trekken neemt. Ze is nog niet helemaal op haar gemak, stel ik vast. Tijdens het drinken van de thee komt het gesprek op de HASH-EESH. De stick is nu gauw op. Er wordt niet meer over de Bijstandswet gerept. Heel snel tutoyeren wij elkaar. Het blijkt dat zij meer te vertellen heeft dan ik. In de loop van het gesprek blijkt dat haar auto door de politie in beslag is genomen. Dat kwam zo: haar man had een paar lifters

meegenomen (CLASSIC!!). Onderweg was er een controle. Ze moesten stoppen. De politie had heroine gevonden. Haar man had er niets mee te maken gehad. Ze vond het allemaal erg onrecht-vaardig. Hij was zelf niet gestraft voor het voorval maar wel zijn auto kwijtgeraakt.
Zo ging het nog even door. Terwijl wij praatten over van alles en nog wat had ik de zojuist uitgekomen LP van de Amsterdamse groep Door Mekaar opgezet. Voordat de plaat afgelopen was, vroeg ze me waar die plaat te koop was. Ik vertelde haar dat ik wel een exemplaar voor haar had en noemde haar de prijs. Dat was okee. Ik ging naar boven om de plaat te halen. Ik zette maar even de andere kant van de plaat op. We rookten, praatten en hoestten. Nu pakte zij haar portemonnee uit haar tas en nam er een vijfgulden biljet uit. “Ze betaalt gelijk deplaat”, dacht ik, maar op dat moment zag ik in haar andere hand een klein pakje dat ze tussen vinger en duim vasthield. “Een snuifje?”, vroeg ze. Ik zag inmiddels dat het pakje heroine bevatte.
Zojuist had ze me nog een verhaal verteld over haar echtgenoot die niets met heroine uitstaande had en nu bood ze me een snuif aan. De Ambtenaar van Sociale Zaken.
Ze begint de stuff fijn te maken tussen het vijf gulden biljet en even laten snuiven we allebei twee lange lijnen van het zwaar verdovende goedje. Dan geeft ze me de f 15, — voor de LP.
We roken nog een stick en praten nog wat over de kwaliteit en verkrijgbaarheid van cocaine. Ze is van alle markten thuis.
Ze moet nog een huisbezoek afleggen maar belt de mensen op met de mededeling dat ze zoveel last van griep heeft dat ze niet kan komen. Daarna meldt zij zich telefonies af bij de
 

gemeentesecretarie.
Als ze weggaat zijn we allebei zeer high. Zij misschien van de griep, ik van de snuif.

**************


NARCOPROP presenteert:

COLD  TURKEY

een realistiese analyse


In de renault 4 van A. d’H. rijden we in de richting Waterlandkerkje. SHUT UP BOY, WHAT’S THE USE OF GETTING SOBER. Midden juli of daaromtrent. We hadden in het verleden al veel gepraat over het zelf gaan winnen van opium. Geen gek idee, want de prijzen van de stuff gaan net als die van alle andere dingen steeds maar omhoog. Heroine kost, als het al te koop is ƒ 350, - of ƒ 400, - per verpakking (nooit een gram); cocaine kost nu ƒ 150,-  of zo, terwijl de kans dat je PROCAINE (een verdovingsmiddel dat door tandartsen wordt gebruikt) vermengd met TETRACAINE (ook zoiets) krijgt erg groot is. Tenslotte is het nauwelijks te onderscheiden van cocaine wat de werking betreft, omdat het eerst genoemde middel de neus koud maakt en het tweede een sterk opwekkende werking heeft. Een gram van die kombinatie kost ongeveer ƒ 25, - zodat de dealer onbetwist de grootste kick krijgt.

YOU ARE TALKING TO THAT REEFER MAN We steken nog eens op. Stoned en opgewonden zijn we. Ergens langs de weg, vlak bij het plaatsje TURKIJE (hoe bestaat het, is de wereld dan toch een dorp ?) is het. De meeste planten zijn al uitgebloeid.
 np3

We plukken een paar handen vol papaverbollen en gaan dan weer naar huis. Natuurlijk kunnen we de klassieke methode van opium verzamelen hier niet toepassen. We moeten de kans op ontdekking zo klein mogelijk houden. Gewoonlijk worden de bollen één voor één ingesneden, waarna het melksap, dat verdroogd de opium geeft, wordt verzameld. Dit is een langdurig karwei en als het begint te regenen heb je nog niets want dan spoelt alles weg. Thuisgekomen sneden we dus de bollen in, wachtten een paar uur en konden toen gaan verzamelen.

*****************************************

AESCULAPI SERVITUS - SUPER 36 HYPODERMIC NEEDLES
stainless steel 18/8, 12 stuks. Nog één naald zit er in het doosje. Een souvenir van jarenlang opium spuiten.

**********

De pijp heeft het van de naald gewonnen. Trouwens, ik las vandaag nog dat het zoveelste spuitslachtoffer is gevallen: Keith Moon van de popgroep The Who.

*****************************************

The milky way, melkweg, waakslaap, slaapbol. There is a lot of magic around.
De opium wordt gekookt. Op een oude lepel. Met wat water. Als het water verdampt is wordt de O rookbaar. Een oude eredienst. Klein uitstel van het genot.
Het duurt nu niet lang meer of de kamer is gevuld met de SWEET ODOR OF CORRUPTION (zo zag ik de zoete opiumgeur wel eens omschreven). Na een paar pijpjes kan ik niet anders dan gaan liggen. In de favoriete houding van Bhoedda. Het moede hoofd gesteund door de rechterhand. Maar niet denkend aan het Nirwana. Waaraan dan wel? Ik weet het niet meer. Misschien wel aan de zwart-wit afbeelding van een liggend Bhoedda- beeld, waaronder geschreven stond dat hij daar in zijn
favoriete houding was vastgelegd. Een hoofd gevuld met dromen. EN WARME VOETEN.

**
Het veldje waar we waren wezen plukken bestond uit spontaan opgekomen, meest rode, papavers. De opium-gift was matig. Later gingen we nog regelmatig naar hetzelfde veld, soms zelfs in de stromende regen. Dan plukten we een hele vuilniszak vol bollen. Thuisgekomen sneden we die in. De hoeveelheid werk die dat met zich meebracht mag zeker niet onderschat worden. Als we goed doorwerkten (en dat deden we altijd) duurde het ongeveer vijf uur voordat we (twee man) de inhoud van een zak hadden ingesneden. Het snijden ter velde nam ongeveer twee uur in beslag. Als dan het melksap ingedroogd was (na een uur of vijf) begonnen we dat te verzamelen. Dat nam ook nog enkele uren in beslag. Soms werkten we dag en nacht om een kleine voorraad aan te leggen. Werken van 11 uur ‘s avonds tot 9 uur ‘s morgens leverde ons 30 gram rookbare opium op, dus 15 gram per man.

*********** **************
Een plezierige kombinatie is het roken van een mengsel van opium, hasj, nederhennep en tabak.

*********** **************
STATISTICS: er gaan 1350/1500 papaverbollen in een plastic-vuilniszak.

***************** ********
Na enkele weken konden we overal in de buurt gaan plukken. Geen gebrek aan met Papaver Somniferum L. beplante velden. Dit was andere koek. Wat daar vanaf kwam was veel sterker dan we van de Rode Varieteit gewend waren.

*********** **************
“791 Papaver Somniferum is een plant uit de familie der Papaverachtigen. De zaadhuisjes van de inheemse witte 


np5
papaver worden gebruikt als pijnstillend en slaapverwek- kend middel (o. a. in afkoking)”.  Het bovenstaande lees ik in een boek over planten. Aangezien de kaft van het boek ontbreekt kom ik niet achter het jaar van uitgave. Het moet 1900 geweest zijn of daaromtrent.

********* ***************
Andere beschrijving: “MA A N K 0 P, papaver somniferum~ slaapbol, witte papaver. De zaadhulsels geven een melkachtig wit sap dat, verdroogd, de opium geeft.”

**************** ********
“HE HAS SEEN BUT HALF THE UNIVERS WHO NEVER HAS BEEN SHOWN THE HOUSE OF PAIN”.

Ik herinner me deze zin nu ik nog lichtelijk nabibberend van het opiumgebruik van de laatste maanden achter de schrijfmachine zit. Ik had wel eens gelezen dat opium zeer lange tijd gerookt en gedronken kan worden zonder afkick-verschijnselen, maar dat gaat voor mij dan niet op. Twee dagen nadat ik de laatste opium gedronken had kreeg ik al last van rusteloosheid, spiersamentrekkingen, zweten, etc. Een ander fabeltje is dat alleen z.g. opiumpapavers leveranciers zijn van het verdovende goedje. In werkelijkheid leveren alle papaverachtige opium, sommige meer, sommige minder.
“Opium is obtained by the same methods as described by Discorides 1800 years ago.” In de oudheid kende me twee soorten opium. De eerste soort werd gemaakt van de bollen, de tweede van de fijngemaakte bladeren.

********** ********** **
Je kan ongeveer 2 dagen continu roken van 1500 bollen. Good to know.

***************** *****


Als er geen melksap meer uit de bol te krijgen is omdat het droogproces te ver gevorderd is, is er natuurlijk nog geen man overboord. Hier is een goed recept voor een zeer verdovend extract van droge papavers. Je hebt er voor nodig:  150/160 papaverbollen, 1 emaille afwasteil of emmer, 2 l. water en een vuur om het geheel op te koken. Snij de bollen door en ontdoe ze van de zaden (de zaden kunnen dienst doen voor de oogst van volgend jaar of opgegeten worden). Laat het water met de bollen ongeveer 20 minuten op een niet te hoog vuur trekken. Het water wordt dan groen/bruin. De bollen worden heel zacht. Giet het aftreksel in een pan. De bollen die overblijven bevatten ook nog vocht: doe ze in een doek en wring ze uit. Nu zeven we het aftreksel nog een keer om de laatste zaadjes en andere ongerechtigheden te verwijderen. Zet nu de pan met het gezeefde aftreksel op een hoog vuur en kook tot bijna alle water verdampt is en een licht bruine substantie op de bodem van de pan achterblijft. Dat is het papaver- extract een stroopachtige vloeistof, die als ze afkoelt steeds harder wordt. Een theelepel van dit extract opgelost in een kopje kokend water leert de rest. We kunnen rekenen op 3 a 4 kopjes opiumthee van ongeveer 150 bollen. Eigenlijk voordeliger dan insnijden.

***************** *****
Voor wie al ziek wordt van het lezen over papaverbollen, hier even een recept van een goede soep die we nuttigden op de avond dat we de eerste opium van eigen bodem rookten:
Men neme 1 liter bouillon, 40 gram boter, een even grote hoeveelheid bloem en 2 of meer eetlepels gehakte kervel.  Het hele zaakje door elkaar maakt een heerlijk soepje. Probeer het maar eens.

***************** *****
 Een paar maal plukten we ’s nachts bij volle maan. Een 
heel aparte ervaring. Het gebeurde ook dat we op onze terugweg langs volle café’s kwamen, waar we dan zo onze eigen gedachtes over hadden. Het was een tijd van dromen en werken.
How about this one:
In deze droom bevond ik me in een slagerij (ra, ra, ik kom gewoonlijk niet in slagerijen). De zaak was vol. Ik herkende allerlei mij bekende dorpelingen. Ik werd op mijn schouder getikt. Het was een wethouder (degene die mij in het verleden een atelier toezegde maar zich later zijn belofte niet meer kon herinneren). In die volle zaak richtte hij het woord tot mij op een zodanige manier dat iedereen, tot de slager toe, naar mij keek. Ik voelde me al warm worden want deze belangstelling beviel me niet. “Wij, de mensen hier en ik, houden niet van opiumrokers”, zei de wethouder, “u moet deze vogel hier geen vlees verkopen”. Ik begreep er niets meer van. Voordat de slager iets kon zeggen, ging de winkeldeur open en tussen de mensen door kon ik de gestalte zien van Z.K.H. Prins Bernhardt van Lippe Bisterfelt. Met BRIL, PIJP en ANJER. Het werd nu heel stil in de winkel. Onze blikken ontmoetten elkaar. “Maak je maar niet druk, jongen”, zei de prins mij. En, zich richtend tot de wethouder:”U daar, U kon zich maar beter met gemeente-zaken bezighouden”. Voordat ik kon zien hoe de andere aanwezigen reageerden op de bijval die ik van de prins gekregen had, verliet deze de winkel en werd ik wakker.
Zover die droom. Het gebeurde ook wel dat ik de meest uiteenlopende soorten spinnen zag. Ze liepen rond op marmeren tafels. WOW WOW.

***************** *****
In sommige boeken lees ik dat opium 20/30/40 alkaloiden bevat (alkaloiden zijn organiese stikstofverbindingen). De bekendste daarvan zijn: morfine, codeine, thebaine, narceine, narcotine, papaverine.


Derivaten (= chemiese afleidingen) van morfine zijn:
apomorfine, dilandid, dionin, heroine, etc. Derivaten van codeine zijn: decodid, enkodal. Al deze stoffen zijn pijnstillend en slaapverwekkend. GELUKKIG MAAR. In de dagen voorafgaand aan de opiumwet van 1928 was b.v. opiumelixer een zeer veel gebruikt middel. Het was overal te koop, evenals LAUDANUM. Soms was de opium vermengd met kamfer of anijs, of werd het verkocht als poeder.

*** ******** ***** ***** *
Gisteren vertelde Hans S. mij dat hij zich niet zo goed voelde. Hij had papaverthee gedronken en buikpijn gekregen. Dit is ook mij een paar maal overkomen. Het VERDIENT ANNBEVELING na te gaan of papavers bespoten zijn alvorens tot uitkoken over te gaan. Paration is een slechte kick.

************** *******
Hier een bericht dat ik vond in dagblad De Stem: “PERCELEN BLAUWMAANZAAD AANGETAST ”. Aanzienlijke schade aan percelen blauwmaanzaad in Zeeland, vooral op Walcheren, en Noord Brabant. Dit deelt het Ministerie van Landbouw en Visserij mede. Veel percelen zijn aangetast door de larven van de blauwmaanzaadgalwesp. Voor de percelen die niet zijn aangetast door larven wordt blijkens mededelingen een redelijke opbrengst verwacht.
Zeeuws -Vlaanderen is waarschijnlijk gespaard gebleven van deze plaag. Van de tienduizenden (ja, ja) papaverbollen die het researchteam van NARCOPROP door de handen gingen waren niet meer dan vier of vijf aangetast door de blauwmaanzaadgalwesp.

***************** ********
Volgens deskundigen komt de opium met het hoogste morfine-gehalte uit Turkije en wel uit de provincie AFYON (opium in het Turks). Deze opium bevat 12 à 15% morfine. Het enige dat hiermee te vergelijken valt is de opium uit Joegoslavië.  Turkije, dat enige jaren geleden de leverancier was van 80% van de opium die in de vorm van heroine de V. S. bereikte, heeft nu de verbouw van papavers verboden in 14 van de 21 provincies. Wat dat voor gevolgen heeft gehad kunnen we lezen in het boek TURKIJE, FASCISME & VERZET van DOGAN OZGUDEN (van Gennep, Amsterdam 1973): “Bovendien zijn een half miljoen arme boeren beroofd van hun enige bron van inkomsten door het verbod op het verbouwen van papaver. Dit gebeurde onder druk van de V. S., en dat terwijl deze zelf het verbouwen van papavers in Indochina aanmoedigden. Door dit verbod verliest Turkije 400 miljoen $, de V.S. beloofden 1/12 van dit verlies te vergoeden.” Het schijnt overigens dat sommige boeren het verbod van de regering aan hun laars lappen want de laatste tijd zijn er weer berichten verschenen over een opleving van de papaverteelt in Turkije.

***************** *****
Enige tijd geleden las ik in de TELEGRAAF van een ambitieus plan. Een aantal Nederlandse bloembollen- kwekers wilden wel gladiolen gaan verkopen aan de regering van Thailand om een eind te maken aan de papaverteelt. Wat niet in de krant stond was dat papaverboeren steeds in beweging zijn. Een stuk bos wordt in brand gestoken, tussen de as wordt gezaaid. Eerst granen die worden gebruikt als voer voor de weinige dieren, daarna groente voor eigen gebruik en ten.. slotte papavers. Nog iets: de daar gekweekte YUNNAN (naam van een Chinese provincie) PAPAVER kan alleen gedijen in een koel klimaat. De teelt vindt daarom plaats hoger dan 1500


meter waar de lucht koel genoeg is, terwijl de Thaise boeren hun rijst kweken in de hete en broeierige valleien. Het zijn dus uitsluitend rondtrekkende bergstammen die zich met papavers bezighouden.

***************** ********

HOW & WHY

De papaver kan bijna overal worden geteeld tot op een breedte van 56 graden. Als we de papaverteelt in kaart brengen zien we een brede gordel dwars over centraal Europa. Nederland, België, Noord Frankrijk, Zuid Duitsland, Zwitserland, Oostenrijk, Hongarije, Noord-Joegoslavië, Tsjecho-Slowakije, Polen, Roemenië en de Oekraine. De zuidelijke landen van Europa zijn niet geinteresseerd in de teelt om de olie, want commercieel kan die niet wedijveren met de olijfolie. In Engeland en Frankrijk is de teelt zeer beperkt en in de eerste plaats gericht op de zaaddozen, die worden afgesneden als ze nog groen zijn. Ze worden uitsluitend voor de geneesmiddelenindustrie gebruikt.

*
De beste zaaitijd is in oktober. Midden november zijn de planten dan opgekomen. Als het begint te sneeuwen voor de vorst intreedt zal de papaverboer een goede oogst hebben. In het andere geval mislukt alles en moet in maart of april gezaaid worden. De oogst kan dan verwacht worden in de laatste week van juni of de eerste week van juli. Bij late oogst is het morfine gehalte van de opium lager en dus de te ontvangen prijs, want die is daarvan afhankelijk.

*
 Ongeveer 15 dagen na het winnen van de opium zijn 
de bollen rijp. De doppen en het zaad brengen evenveel op als de opium. Sommige van de 495 papaververbouwende dorpen in AFYON exporteren lege doppen o.a. naar Nederland (farmaceutiese industrie). Elders worden doppen gebruikt als brandstof, bouwmateriaal (vermengd met aarde) of als voedsel voor de dieren wier eetlust er door wordt gestimuleerd.

*********** *************
september 1978. Eede, Turkije, Nieuwvilet.

*


HIGH IN THE SKY


Op een avond wordt er gebeld. Het is mijn vriend X. Hij is lasser van beroep en heeft acht maanden in Zambia gewerkt. Hij vertelt weer eens bedrogen te zijn uitgekomen. De Duitse koppelbaas (uitleenbedrijf) waarvoor hij werkte had de zaken wat al te rooskleurig voorgesteld. Hoewel hem een huis was beloofd moest hij in Zambia in een arbeidskamp wonen. Ook had men verteld dat hij zich over meubelen niet druk behoefde te maken maar er waren geen meubelen, hij moest alles zelf maken. Het stikte er van het ongedierte . Ook de betaling van de lonen was niet op tijd. X. moest regelmatig achter zijn geld aan en moest dan van Zambia naar het kantoor in Duitsland telefoneren. Er vonden veel vechtpartijen plaats in het kamp (verveling plus alcohol). De bewoners waren voornamelijk Duitsers, Fransen, Engelsen, Zuid-Afrikanen en Rhodesiërs. X. was de enige Belg van het gezelschap.
Vier maanden nadat zijn kontrakt afloopt neemt X. ontslag. Hij heeft dan al een paar stakingen meegemaakt en besluit er maar mee op te houden. Hij vliegt van Zambia naar 


Düsseldorf. Vandaar gaat hij per auto naar Nederland.
In de buurt van Oldenzaal ziet hij hoe twee Duitse politiemannen de Duitse kentekenplaten van hun auto afhalen en er Nederlandse platen voor in de plaats monteren. Hij noteert de nummers. Hiergekomen weigert hij mij echter de autonummers te geven. Hij is bang. Ik vertel hem dat wat hij gezien heeft heel belangrijk kan zijn als bewijs dat Duitse politiemannen in het geheim, al of niet met toestemming van de Nederlandse autoriteiten, in Nederland opereren. Hij blijft bang.

******************************************
Een paar weken later. X. vraagt me mee te gaan met hem. Naar Marokko. Ik zeg ja.
Nederland, België en Frankrijk rijden we ‘s nachts door. Daar zien we niet veel van. Spanje is meer de moeite waard. Om acht uur ‘s morgens passeren we de Frans-Spaanse grens waar we worden ‘begroet’ door de Guardia Civil. Zwarte lakhoeden, militair uniform, een zwart gemoffeld machine-geweer in de aanslag.
Spanje wordt al een echte demokratie, denk ik zo. Uniformen in alle kleuren. Landrovers trouwens ook.

***
Voordat we Madrid binnenrijden komen we langs een militair kamp waar we meer dan 100 tanks en pantserwagens tellen. Boven ons cirkelt een hefschroefvliegtuig van het model ‘VLIEGENDE BANAAN’ (kan 25/40 man vervoeren en is uitgerust met twee even grote rotors).
In de stad zelf kan het ook niet op. Op iedere 20 meter een politieman en iedere 200 meter een groepje van 4 of 5 agenten. Bij de talloze rotondes in de stad staan soms 12 landrovers en jeeps met geuniformeerde inhoud. Alsof dat nog niet genoeg is passeren ons gedurende onze tocht door de stad telkens zeer lange konvooien landrovers.

***************************
afb9

Eindelijk in Algeciras. Een klein plaatsje aan de zuidkust van Spanje. Met een veerdienst op Marokko. ‘s Morgens om 7 uur kopen we een bootticket. Om 8 uur zijn we aan boord van de ferry. Er zijn veel militairen aan boord, dienstplichtigen die naar Ceuta gaan. Dat is een miniskuul Spaans protektoraat in Marokko. Verder zijn aan boord een paar Fransen, Amerikanen, Spanjaarden, Italianen en twee Nederlanders. Het is behoorlijk fris op de boot en we houden ons warm met grote koppen koffie. Ook kopen we een paar sloffen sigaretten (Marlboro 380 pts.).

Vier uur later is het zover. We rijden de boot af. Eerst nog even tanken en dan op weg naar de Marokkaanse grens. Hier is de procedure wel wat uitgebereider dan bij de Spanjaarden. We moeten kaarten invullen bij het gebouwtje van de Immigration Officer. Als dat gebeurd is, wordt de auto grondig gekontroleerd. Een half uur later gaan we weer op weg. Groene heuvels liggen voor ons. 


De weg is goed. En we gaan in de richting Chechouen. Daar aangekomen kijken we onze ogen uit. Maar we willen toch zo snel mogelijk verder. Dat wordt ons noodlottig want in de haast om weg te komen rijden we drie maal verkeerd. Als we voor de derde keer op dezelfde rotonde terechtkomen staan er al mensen te roepen. Aangetrokken door de Nederlandse nummerplaat. Er komt een man op ons af en wij willen hem de weg vragen, maar hij is ons voor. Zegt dat hij hasj te koop heeft. Als we geen interesse tonen begint hij zijn hele repertoir af te ratelen: geen hasj? dan misschien hash-oil, of heroine, of opium? Alles heeft hij. We horen dat hij op deze plaats veel buitenlanders opvangt en hen mee naar huis neemt. Alles wat wij echter willen is de weg naar Ketama vinden. De man zet grote ogen op. “Why not stay here - Ketama dangerous”. We hebben genoeg gezeur aangehoord vinden we. X. geeft langzaam gas. Een zwaaiende en gebarende Marokkaan achterlatend.

afb10
We vinden spoedig de goede weg en terwijl we talloze ezelrijders en overstekende geiten proberen te ontwijken zien we aan de horizon bergen waarvan de toppen met sneeuw zijn bedekt. Daar in de verte moet het zijn, het Rifgebergte. Als alles naar wens gaat zullen we vanavond wel wat te roken hebben. Voor onderweg hebben we niets meegenomen, beducht als we zijn voor de overal te verwachten kontroles op wapens en drugs.

***************************
Ketama, de hasj-hoofdstad van de wereld. Het uitspreken van de naam brengt al aangename gevoelens teweeg bij ons. Zacht zoemend glijdt nu de VOLKSWAGEN 421 E INJECTION over de prakties verlaten wegen. We zijn totaal ondersteboven van het landschap en we proberen bij te houden hoeveel keer we het woord ‘mooi’ of ‘prachtig’ in de mond nemen. We raken de tel kwijt.
Uit de hoogte kijken we neer op droge rivierbeddingen. Even later genieten we van een snelstromende rivier links van ons. Of we willen of niet: we zijn nu al HIGH.

******************************************
Voor een bijzonder mooi verslag van een reis naar Ketama:
het Amerikaanse tijdschrift RUSH, magazine of high entertainment, Chr. Robin Gilmore, december 1976. Zijn reisbeschrijving eindigt als hij het uitzicht uit de opengeslagen hotelramen roemt.
Daarvoor las ik hoe hij tijdens een snelle en gevaarlijke afdaling wordt ingehaald door een Renault. Hij rijdt door, hoewel de inzittenden van de Renault onophoudelijk claxoneren en rookgebaren maken, maar vlak voor een scherpe bocht wordt hij ingehaald door een jonge Berber op een SUZUKI-motor. Als de SUZUKI dwars op de weg gaat staan moet Gilmore wel stoppen. De Berbers komen uit hun auto en bieden hem aan om


naar de hasj-farm van hun ouders te gaan. Hij kan daar dan roken, eten, slapen en wat hij verder maar wil. Onze Amerikaanse reporter denkt dat het toch maar beter is naar het hotel te gaan. Je weet immers maar nooit?

* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
Onderweg zagen we steeds groepjes mensen naar ons zwaaien met pijpen en blokken hasj. Steeds hadden we hen genegeerd, hoewel het verleidelijk genoeg was om even te stoppen en wat met ze te roken. We zijn nu bezig aan het laatste deel van onze tocht. Er komt een Peugeot-bestelwagen achter ons rijden. De inzittenden roepen en fluiten om ons te doen stoppen maar X. ziet dat niet zitten. Hij rijdt door. Onze achtervolgers hebben dit spel vele malen eerder gespeeld en laten zich niet zomaar afschudden. We worden naar de kant van de smalle weg gedrukt. Links van ons rijdt de Peugeot, rechts zien we een peilloze diepte. Ons uitzicht wordt niet belemmerd door vangrails.

afb11
Er wordt nu een raampje opengedraaid. We rijden nog steeds naast elkaar terwijl we met een behoorlijke snelheid bergaf gaan. Dit is geen doen en na enig overleg besluit X. dat het toch beter is om te stoppen.
Wanneer we uitgestapt zijn maken we kennis met de inzittenden van de Peugeot. Hun namen geven ons weinig houvast want gelijk het in de Arabiese wereld betaamt heten zij Mohammed, zijn broer Abdullah en zijn neef Mohammed. Mijn reisgenoten, het echtpaar X. zijn behoorlijk wantrouwig (of voorzichtig) en als de jongens ons vragen mee te gaan naar de farm van hun ouders zien ze daar niet veel in. Ook zij willen liever uit gaan rusten in het hotel.
Na veel heen en weer gepraat zwichten zij echter voor het aanbod van de jongens. Nadat we onze sticks opgerookt hebben maken we ons klaar om de reis voort te zetten. Een van de jongens biedt nu aan verder te rijden maar X. trapt daar niet in. Hij is misschien bang dat hij zijn bezittingen kwijtraakt. Hij rijdt liever zelf verder.
“As you wish”, zeggen onze nieuwe vrienden, “wij gaan wel voorop rijden, volgen jullie ons dan maar.” Op dat moment zijn we al behoorlijk stoned en erg vermoeid. Ik zie nu ook de rijstijl van X. niet meer zitten, vooral omdat de weg plotseling veel slechter wordt. X. heeft de grootste moeite de snel rijdende Berbers bij te houden. Hij laat zich echter niet kennen en houdt vol.

*
Dan is de bergrit voorbij.
We komen langs een benzinepomp. SHELL MAROC staat erop. We zien nu ook een betonnen richtingbord. Als je naar Hocima wil moet je rechts af, naar links ligt Fes. Nu zien we een paar winkeltjes bij elkaar, rechts van me ligt het enige hotel van Ketama, het MARHARBA hotel. Een vreemd gezicht. Bij het hotel staan weer jongens met hasj te zwaaien (en ze roepen heel hard, al lachend en zwaaiend met de armen: HASH-EESH).



Het Marokkaanse leger is er ook maar legt niemand een strobreedte in de weg. We rijden nog steeds achter de Peugeot aan. Er is nu geen mooie asfaltweg meer maar een modderig pad dat steeds slechter wordt. Voor, ver voor ons loopt de Peugeot steeds verder uit. Niet verwonderlijk want de Volkswagen heeft nu grote moeite met het pad. De wagen glijdt van de ene naar de andere kant en raakt tenslotte vast in het slijk. Als we om ons heen kijken zien we dat het “pad” waarover we nu rijden zo’n 50 meter breed is en alleen bestaat uit in elkaar overlopende karresporen, welgevuld met water (februari in Marokko). De motor wordt weer gestart. De wielen draaien als een gek. Het helpt niets. Geen GRIP.
X. is de wanhoop nabij.
Uit het niets duiken opeens tientallen mannen en jongens op. Zij gaan aan de auto staan duwen en trekken. X. kijkt mij aan en ik begrijp wat hij nu denkt. Ik verzeker hem maar dat de mensen vast geen kwaad in de zin hebben alleen maar gekomen zijn om hem te helpen. Ondanks alles wil X. toch zelf aan het stuur blijven. Er komt echter geen beweging in de auto. De Peugeot is nu teruggekomen, men heeft gezien wat er aan de hand is. X. geeft het op. Eén van de Berbers neemt plaats achter het stuur. Terwijl ik wat sta te praten met Abdullah vraagt deze mij of ik niet liever mee wil rijden in de Peugeot. Ik neem dat aanbod graag aan. Even later zit ik met een stick in de hand tussen twee Berbers in de cabine van de bestelwagen. We roken en praten en ik kijk mijn ogen uit. Schijnbaar zonder moeite nemen we de moeilijkste bochten. En dat in die blubber.

* *******************
Inmiddels heb ik al gehoord dat in Ketama helemaal geen hennep groeit. Daarvoor moeten we hoog in de bergen zijn (nadat we het modderpad genomen hebben gaan we inderdaad weer omhoog). In Ketama is alleen een SOUK (markt). Arabieren uit de Rif komen eens per week naar Ketama om daar groenten en vee te verkopen. Met het geld dat zij daarvoor ontvangen kopen ze onder andere KIF. Dat is zeer fijn gehakte hennep, vermengd met zware Marokkaanse tabak. Je wordt er niet erg high van maar hasj vindt men hier over het algemeen te zwaar.

* *******************
Dan staan we stil voor een gebouwtje. Het is geel van kleur en heeft een dak van golfplaten. We stappen uit. Dit is de garage wordt me verteld. Ik heb nu helemaal geen aandacht meer voor auto en garage maar wel voor het overweldigende landschap om mij heen. Het is behoorlijk warm maar als ik naar boven kijk zie ik met sneeuw bedekte bergtoppen. Als ik naar beneden kijk zie ik daar een snel stromende rivier. En het enige geluid is het ruisen van vallend berg-water. Dit is een ‘mindblower’ van de eerste orde. Nu is ook de Volkswagen met X. en zijn vrouw gearriveerd. Ook hij is ondersteboven van wat hij ziet. We gaan de Berbers achterna, in de richting van de rivier. Die steken we over (er ligt een houten brug over). Waar is nu het dorp waarover al zoveel gepraat is ? We horen dat we nog een aanzienlijke klimpartij voor de boeg hebben.
Na heel wat geklim staan we wederom voor een met golfplaten afgedekt gebouw. We zijn er. De HASJEARM. Nu zijn er nog meer van dergelijke gebouwen te zien. We worden begroet door kleurig geklede vrouwen en kinderen. Iedereen lacht. Dit is een groot moment. We zijn na een


vermoeiende reis van drie dagen aangekomen bij THE HIGH PEOPLE. Mensen die niet alleen hennep verbouwen maar het zelf nog gebruiken ook. Voor het eerst van mijn leven ben ik op een plaats waar geen UNIFORMEN te zien zijn. Hier wordt gedaan wat elders verboden is. De lange arm der wet kan hier niet komen.

***************** **********************
Later hoor ik dat de mensen bijna geen paspoort kunnen krijgen. Als men in Marokko wil reizen moet daarvoor steeds toestemming gevraagd worden aan de autoriteiten Voor de Berbers in het Rif is dat niet zon probleem. Als een hasjtransport de bergen verlaat zijn de politie en het leger daar van tevoren van op de hoogte gesteld en gedurende de tijd dat het transport duurt wordt door hen niet ingegrepen. De Berbers “kopen” dan een aantal kilometers van de weg. De Marokkanen, en speciaal de soldaten en gendarmes verdienen maar heel weinig, en omkoopbedragen zijn een welkome aanvulling van hun schrale wedde. Goed om te weten.

 ****************************************
Ik bekijk de kleding van de vrouwen. Zij zijn niet groot, vrij donker van huidskleur, gekleed in lange broeken, daarover een rok, een aantal zeer kleurige doeken. Dikwijls dragen ze een kind op de rug. Ik zie veel gouden tanden, zilveren en gouden arm- en enkelbanden, oorhangers met zeeschelpen, gouden hoofdbanden. Alles rinkelt, lacht en zingt hier. De deur van het huis wordt nu geopend en met z’n allen gaan we een ruim en licht vertrek binnen. Dit zou onze verblijfplaats worden voor de komende week. De mensen waar we nu mee in de kamer zitten zijn vriendelijk, voorkomend en vooral zeer stoned.
Op dat moment weet iedereen al dat we niet zijn gekomen om hasj te kopen maar alleen willen praten, roken en kijken. Men vindt het prima. Misschien denkt men wel dat kijkers van vandaag kopers van morgen zijn. Kooplui ?
           afb13

Het ontbreekt ons aan niets, Een warme kachel (het is nu avond en het wordt snel kouder), heerlijke muntthee met honing, een smakelijke maaltijd bij kaarslicht (noodgedwongen want elektriciteit wordt in huis niet gebruikt). De mannen roken kif uit pijpen met stenen kopjes. Steeds weer vraagt men ons: “Are you high?”. Wat we graag beamen. De hasj die we roken is van de kwaliteit ZERO—ZERO, de beste die er is. Wat is dat goed roken op 3000 meter hoogte. Geen politie, niemand die aanstoot neemt. SMOKE MORE. Men is hier wel duidelijk overtuigd van de weldadige werking van het kruid. Niemand laat zich onbetuigd. Hier draait alles om stuff.


Nu praten we wat over het laatste, enerverende gedeelte van onze reis. We horen dat het levensgevaarlijk wordt gevonden in de bergen te rijden als je niet eerst een paar pijpjes hebt gerookt.We horen over mensen die het “clean” probeerden, angstig werden en verongelukten. We nemen het graag aan. Gelukkig zijn we nu binnen. De volgende dag blijkt dat men niet heeft overdreven. ‘s Nachts is er veel sneeuw gevallen. En het stormt. Niemand kan het dorp verlaten. Afwachten is het devies.
De dag daarna, als de sneeuw weer een beetje gesmolten is, willen een paar mannen een poging wagen de weg te bereiken. Gewapend met spaden, schoppen en houwelen verzamelen zich een man of tien (samenwerking). Er moeten boodschappen gedaan worden in Ketama. Met de landrover zal men proberen weg te komen. Uren later horen we dat de mannen hun doel inderdaad bereikt hebben. Onderweg hebben ze hard moeten werken.
Voordat ze vertrokken hadden ze verse kif gesneden voor hun pijpen en ieder van de mannen had ook 4 of 5 tevoren klaargemaakte sticks bij zich voor onderweg.

 ****************
In de kamer wordt veel gepraat. Ook over hasjdealers. Ze weten ogenschijnlijk alles van hasj, maar als ze Ketama weer verlaten gebeurt het niet zelden dat zij alleen maar geperste henna bij zich hebben. We kijken niet op van dat verhaal. Menigmaal hebben we Marokkaanse hash gerookt waar ongerechtigheden in zaten. Vaak is het geperste kif vermengd met henna.
Om dit soort verhalen wordt smakelijk gelachen door iedereen. Morgen, zo wordt ons beloofd, gaan we een bezoek brengen aan een timmerman/hasjboer. Het huis waarin we thans verblijven Is van een boer/handelaar/ geitenhouder. Er is veel stuff in huis maar het komt toch van elders.


  afb14


Het is zover. We hebben goed geslapen, en na het ontbijt gaan we op weg.
Na een wandeling van ongeveer een kwartier komen we bij het huis aan. De bewoner staat al aan de deur. Hij is ongeveer 40 jaar en timmerman (potlood achter het oor). Vertelt dat hij Jimmy heet. Volgens mij een wat ongebruikelijke naam voor een Berber. Maar hij is een Bereisde Roel. Hij heeft gewerkt in Ceuta, en spreekt naast Arabies en Berber ook nog wat Frans en Spaans. Om nog onduidelijke redenen val ik bij hem in de smaak. Geeft me zijn pijp en kifzakje en gebaart me de pijp te vullen en op te roken. Daarna stop ik een pijpje voor hem. Het is ter plaatse de gewoonte dat de pijp door één man gelijk wordt leeggerookt. Dan wordt hij doorgegeven en rookt een ander hem leeg.
Jimmy is verder gegaan aan een wasbord. Van hout. Het werk vordert niet snel, maar wat maakt het uit. Er is tijd zat (zoals er van alles zat is).
Als we daar bij Jimmy in de werkplaats zitten vertelt Mohammed, die behoorlijk Engels spreekt, dat de goede tijd voor de hasjboeren in het Rif aanbrak in 1967. Amsterdam kocht toen duizenden kilo’s hasj. Wanneer ik hem vertel dat ik in dat jaar ook Ketama gerookt heb wordt hij heel enthousiast. Hij biedt me een huis aan in het dorp. En ik kan veel verdienen. Het enige wat ik moet doen is ‘s zomers aangekomen mensen opvangen en rond te laten kijken. En hen stuff verkopen. Dat is niet zo’n toer, want waarvoor komt men anders naar Ketama. Ik maak hem snel duidelijk dat informatie voor mij toch belangrijker is en dat ik als ik weer terug ben in Nederland andere mensen zal vertellen hoe het hier aan toe gaat. Misschien kom ik nog wel liefhebbers tegen voor een huis in de bergen. Maar ik niet. Er wordt nu niet verder aangedrongen.
De vrouw van Jimmy komt nu ook binnen. We schudden handen en lachen. Ze vraagt ons mee te gaan naar een ander vertrek. We nemen plaats op banken langs de muur en even later zitten we aan een uitgebreide maaltijd. Wanneer we klaar zijn met eten roken we nog wat en drinken we koffie met honing. Als we goed high zijn vraagt Jimmy ons of we zin hebben eens op de zolder te gaan kijken. Daar liggen de hennepplanten. Via een houten trap komen we op de zolder. Het ruikt er heerlijk. Alles is volgestouwd met hennep. Ons wordt verteld dat de planten hier niet hoger dan ongeveer 1 meter worden. Ze zijn samengebonden in bossen van ongeveer 15 cm dikte.


****************
De oudste zoon van Jimmy heeft een platte geëmailleerde schaal bij zich, alsmede een grote opgevouwen linnen doek. De schaal is ongeveer 80 cm breed en 6 cm diep. De linnen doek, die uitgevouwen 2, 5 m x 2, 5 m meet, ligt nu op de grond. Mohammed, X. en ikzelf gaan in het midden van de doek zitten. We nemen nu alle drie een bosje hennep en beginnen de toppen van de planten te rissen. Spoedig ligt er een behoorlijke berg toppen op de linnen doek. En zijn onze handen groen van de hasj. Nu spant Mohammed een zeer fijnmazige doek over de emaille schaal. Zachtjes worden de planten boven de doek gewreven. Als we daarmee een kwartiertje bezig zijn geweest geeft Mohammed het sein om op te houden. De doek wordt van de schaal gehaald en we zien dat onder in de schaal een laagje groene stof ligt. Dit poeder wordt in een zakje van cellofaan gedaan en daarna tussen twee verhitte stenen tot een plakje geperst.
De uitgezeefde planten worden later tot kif verhakt.



Eigenlijk kan niet van zuivere hasj worden gesproken, want naast de hars van de hennep komen er ook nog zeer fijne plantendelen door de mazen van de doek. Eigenlijk is wat als hasj wordt verkocht niets anders dan een hasj/kif mengsel. De voor de verkoop bestemde hasj wordt geperst met een hydrauliese pers, aangedreven door een dieselmotor.

****************
Na het bezoek aan de boerderij gaan we nog wat lopen. We passeren voetballende kinderen en beginnen de terrassen (de bouwgronden) te beklimmen. Hier en daar komen we rokende mannen tegen, soms zittend op de grond, maar vaker op hopen steen. Een uitkijk. Altijd zwaaien ze naar ons. Desgevraagd wordt mij verteld dat de bouwgrond wordt bemest met geitestront en mannelijke hennepplanten. Die zijn voor de fabricage van hasj toch niet van belang. Het bergwater wordt aangewend voor irrigatie en als krachtbron (ik zag zelf een kleine turbine).
We nemen nog wat foto’s en keren dan huiswaarts. Ik heb eerder al melding gemaakt van sneeuwbuien. Zij maken het ons nu onmogelijk het huis te verlaten. We doden de tijd met roken en praten en leerden ondertussen nog een Arabies kaartspel. Hoewel X. en ikzelf ieder spel meespeelden en we zelfs wel eens wonnen, slaagden we er niet in de regels van het spel te doorgronden.

****************
Onze gastheren zijn dol op muziek. Zij zijn in het bezit van een goede cassetterecorder. Dan herinneren we ons dat we een plastic zak vol met cassettes bij ons hebben. De cassettes worden uit de auto gehaald en een half uur later deint een gezelschap van in bruine d j e 1 e b a ‘s gehulde Berbers op de muziek van de Amsterdamse groep DOOR MEKAAR. Het nummer ‘Veilig’ heeft hun hart gestolen. Ik probeer zo goed en zo kwaad mogelijk
uit te leggen waarover de zanger het heeft. De cassette laten we achter. De mensen willen hem graag hebben.

****************
De mensen willen van alles weten. En wij vertellen. Door de zeer strenge Hassan II- censuur komt weinig nieuws heen. De radio brengt Arabiese muziek, westerse popmuziek en veel oorlogspropaganda. Het komt de mensen al lang de strot uit. Men heeft genoeg van oorlogspraatjes en royalistiese propaganda. Eerst is jarenlang agressieve taal geuit aan het adres van Spanje, nu aan het adres van Algerije en Frente Polisario.
Stop the fighting en smoke is het devies van onze vrienden.

****************
We brengen nog een bezoek aan het ziekenhuis. Hoewel het er goed uitziet, staat het leeg, altijd. Er zijn geen zieken in het dorp. We nemen deze mededeling voor kennis- geving aan.
Als we van onze ziekenhuistrip terugkomen ontmoeten we een joelende horde vrouwen en kinderen. Geschreeuw en gelach. Vrouwen met kinderen op de rug of aan de hand houden een hardloopwedstrijd en doen andere spelletjes. We blijven even kijken en verwonderen er ons voor de zoveelste keer over dat de mensen hier zo natuurlijk en blij met elkaar omgaan. Dit moeten we echt onthouden. We hebben weinig van concurentie gemerkt. Wel veel samenwerking gezien. Op alle nivo’s. Later speel en praat ik nog wat met de kinderen. Ze vertellen over de school en over de goede kif. Dan maak ik nog wat foto’s, waarvoor graag geposeerd wordt.

****************
Als het tijd wordt om afscheid te nemen van Mohammed, van de andere Mohammed, van Abdullah, Fatimah en Gamel, van Jimmy en al die anderen die ons zo’n goede tijd hebben bezorgd, ligt er een giganties blok hasj voor


ons klaar. Om mee te nemen naar huis. Het groene, 4 kilo zware blok is met een ROOD lint versierd.
We weigeren vriendelijk doch beslist dit presentje mee te nemen. Het was leuk aangeboden, maar we hebben nu genoeg gehad.
We vertellen dat we over drie dagen weer verder kunnen gaan met roken. Want thuis ligt nog wat Libanon en nog wat Nepal.
For a rainy day.

 afb17

afb17b



afb18a

afb18b


Liberty Cap ,REVOLUTIE ,Vrijheidsmuts ,KAALKOP.

Den Haag.—Jan Kin’s muziek is modern, sober tot koud, soms vol energie, soms een vast monotoon geluid, een synthese van dissonantie en melodiese eenzaamheid. De band maakt ingehouden bewegingen en Jan Kin voegde daar bijna spastische en “jerky”bewegingen aan toe. De magie van de paddestoelen was nu op volle sterkte en ik was opeens getransporteerd in de wereld van Jan Kin.- Dit schreef Robin nadat hij ongeveer 8 kaalkop paddestoelen had opgegeten en daarna de geluidsmix van de Jan Kin’s Band verzorgde in een jongerencentrum in Den Haag. Via voor buitenstaanders ondoorgrondelijke wegen heeft de kaalkop paddestoel zijn weg gevonden naar Den Haag.
Aanvankelijk begroet met afstandelijkheid, wantrouwen en scepsis, is er nu een met de dag groeiend aantal mensen die enthousiast zijn over het eten van de kaalkop. Eerdere ervaringen waren alleen gebaseerd op het eten van Mexicaanse psylo’s. Of exemplaren afkomstig uit Canada of Wales. De Kaalkop van de Lage Landen evenaart en doorstaat elke vergelijking glansrijk.
Robin gaat verder: ”De pastelkleuren die ik zag werden niet gemaakt door Martin die de belichting deed. Hij gebruikte slechts elementaire kleuren. Nee ,de kleuren kwamen van binnenuit. Het gelukzalige gevoel dat ik had kwam niet van de muziek, die zeer goed was, het kwam van de paddestoelen. Tijd betekende niets, uren leken minuten, minuten leken uren. Het leek net alsof ik deze ervaring met iedereen die er was (500 man) deelde”. Robin heeft de avond dat hij de kaalkop at, twee groepen gemixed. De groepen waren zeer tevreden over zijn werk. Het was precies zoals we het hebben wilden vertelden ze achteraf.
oktober 1980.





           afb19a
afb19b


NARCOPROP inc. presenteert


SYSTEME CRITIQUE


Het is een mooie novemberdag. Eede 1979. De grijze Vlekplaat, de Mestkaalkop, rottend gras, mest. Ik neem de fiets. Even later passeer ik de rood-witte slagbomen van de Belgies-Nederlandse grens. Maldegem komt al in zicht. Ik volg de weg naar Kleit. Daar sla ik links af. Richting Ursel. Dan rechtsaf. Onderweg overal boomkwekerijen. Veel dezelfde namen. Hier en daar landhuizen in aanbouw. Ik nader nu het richtingbord ‘Ursel’. Rechtsaf. Deze weg ken ik op m’n duimpje. Genieten van al het moois om me heen. Varens, houtaanplant, boerderijen, jachtterreinen, en veel sappige bramen. Ik stap af om er enkele te eten. Rondom veel wild, patrijzen, fazanten. Verder. Stalen hekken, gaas en prikkeldraad. Borden met het opschrift :“Privéjachtterrein, verboden in te rijden”. Dan een bord “DRONGENGOED”, vroeger een abdij, tegenwoordig verzamelpiaats voor jagers. Drank, Mercedes-Benz, BMW, Jaguar, dubbelloops, kaplaarzen. Rechts passeer ik een hertenkamp. Ik laat nu alles achter me. Ook twee stenen poorten en een bord “honden aan de lijn”. Een ren met daarin honderden fazanten. Voor me uit voert een zwart pad tussen hoge bomen naar een rood-wit bord waarop ik lees: “Verboden Toegang MILITAIR DOMEIN”. Door een gat in de afrastering kom ik op een grasveld terecht. Voor mij ligt de startbaan van het vliegveld van Ursel. Het is doodstil. Uit ervaring weet ik dat ik aan de overkant van de startbaan de meeste kans heb ‘magiese’ paddestoelen te vinden. Ik trek mijn jas uit. Nu rondkijken. Of noem het maar speuren. Tussen het lange natte gras. Het duurt niet lang of ik heb een aardige hoeveelheid verzameld. Ik voel me gelukkig, het zijn goede tijden.
 



afb20

 Nooit gedacht dat ‘psychedeliese’ paddestoelen zo dicht bij huis zouden zijn te vinden. En zo overvloedig. Trippen. High. Filosoferend pluk ik door. Zo nu en dan hoor ik een geweerschot. Fazantenjagers. Dan laagvliegende sportviliegtuigen. Ik schenk er niet veel aandacht aan en houd de ogen op de grond gericht, bang om paddestoelen (kaalkoppen) over het hoofd te zien. Lang duurt mijn betrekkelijke rust echter niet meer. Rotorgeluiden. Dreunen. Boven de bomen verschijnt een hefschroefvliegtuig van de Belgiese Rijkswacht. Fel oranje. Ik maak me uit de voeten. Tussen de bomen vind ik een schuilplaats. Als het geluid wegsterft kom ik weer te voorschijn.


KRAKENDE TAKKEN

Geluid van een Volkswagen. Model Kever. Lichtblauw. Ik herken de auto. Vliegende Brigade van de Belgiese douane. Afstand plusminus 100 meter. Twee man. Ik voel enige opwinding. Eén man stapt uit. De ander blijft in de auto zitten. Deze staat geparkeerd op een parallel lopende startbaan. De jongste van de twee douaniers loopt wat rond tussen de bomen. Ik doe alsof ik niets gezien heb, en ga rustig door met plukken. Nu komt hij tussen de bomen vandaan. Recht op mij af. We kijken elkaar aan. Ik zie dat hij walnoten aan het eten is. Hij komt nog dichter bij. Ik groet. Goede Middag. Mooi weer. Hoe heet je, waar kom je vandaan, wat doe je voor de kost. Blijft ondertussen noten eten. Natuurliefhebber? Terloops bekijk ik zijn uniform. De welving van een bierbuik. Dikke jonge buik. Pet, jasje, broek, vragen, kauwen, insignes, een Belgiese vlag. Wat ik daar doe. Paddestoelen zoeken. Hij stelt meer vragen. Eetbaar? Giftig? Wat ik hem vertel wekt zijn interesse. Hij blijft echter waakzaam. Terwijl we zo praten ga ik gewoon door met zoeken en plukken. Dus deze zijn het, hoor ik hem zeggen. Hij plukt mee. Zoekt mee. In hetzelfde tempo als ik. Misschien wil hij ze ook wel eten. Ik laat hem zien dat de paddestoelen direkt na het plukken gegeten kunnen worden. Rauw dus. Door er zes tegelijk op te eten. Nu zal hij toch wel overtuigd zijn, denk ik. Nog vertrouwt de man me niet helemaal. Begint me uit te lachen. Wil je dood gaan? Ben je soms gek? Dan volgt een periode van zwijgend plukken. Ik kijk op. Die blik. Zal ik nooit vergeten. Betrapt. De douanier staat naar de grond gebogen met in zijn mond drie paddestoelen. Begint te kauwen. Hij is hevig geschrokken en bloost. Ik stel hem gerust. Het is ongevaarlijk hoor. Wees maar niet bang.
 



Dan steekt hij nog drie paddestoelen in zijn mond en kauwt verder. Zo is het wel goed, raad ik hem aan. Hij geeft me nu ook wat walnoten. We raken goed aan de praat. Hij vertelt over zijn beroep. Douanier. Van de Vliegende Brigade. Iedere dag naar Antwerpen. Melden hoofdkwartier. Dan naar Brugge/Maldegem. Uniform aantrekken. Kollega haalt auto uit garage. Dan samen naar Ursel. Daar zal de diensttijd doorgebracht worden. Soms ook Gent of Brugge. Verhaalt over stropers en smokkelaars. Over veewagens met illegale kalveren of varkens. Geen papieren, begrijp je. Kijkt ook altijd naar staat van banden, keuringskaart etc. Is zijn vak niet, maar geeft door aan Rijkswacht. Prima samenwerking.
Hij schakelt nu over. Nee. Gooit alle remmen los. Vertelt over huiselijke omstandigheden. Volgens mij doen de paddestoelen hun werk al. En is de douanier high aan het worden. Na diensttijd jaagt hij graag. Nee, niet in Ursel. Heeft een hekel aan jagersvereniging. Vindt het te gemakkelijk om gekweekte fazanten te schieten. Hekel. Niet genoeg aktie. Vertelt dat hij 35 jaar oud is. Verder over het jagen. In Aardenburg. De boomgaarden daar. Ik kijk hem verrast aan. Hij jaagt in Nederland!
Privé, politie, verhoudingen. Heeft ernstige kritiek op het ontbreken van goede bewapening. Afgunstig op de politie. Zij mogen meer dan wij. Geen wapen, slechts een matrak, en daar kan je geen auto’s mee tot stoppen dwingen. Ik neem het graag aan. Betrapt hij veesmokkelaars dan heeft het weinig nut de achtervolging in te zetten, hoor ik. Er wordt dan zeer gevaarlijk gereden. Rest slechts per mobilofoon hulp van de politie in te roepen. Zo zeurt hij nog wat door. Inmiddels is mijn plastic zak behoorlijk gevuld.



Ineens dringt het tot ons door dat we niet alleen zijn. Daar is ook nog de douanier die in de auto was achtergebleven. Ik wil nu zo snel mogelijk weg. Ik voel me plotseling niet helemaal gerust meer. “Nog vijf minuten plukken, dan ga ik naar huis,” bereid ik m'n aftocht voor. Even later is het zover. Langzaam gaat mijn nieuwe kennis terug naar zijn kollega. Als ik de autodeur hoor dichtslaan, maak ik dat ik wegkom. Voor alle zekerheid.

****************
Een week later werd op hetzelfde terrein een douanier aangetroffen die, daarna gevraagd, verklaarde doende te zijn met het fotograferen van paddestoelen. Meer inlichtingen wenste hij niet te geven.

Eede
November 1979
 
afb22
Dick en Laura hebben al eerder ervaringen met kaalkoppen opgedaan. Ze hebben ook de “kick” meegemaakt van het zelf paddestoelen zoeken en opeten. Daarnaast kent Dick de Liberty Cap uit de omgeving van Vancouver,Canada,en weet dat ze daar in grote aantallen voorkomen geoogst worden, gedroogd en geconsumeerd.
De laatste keer dat ik hen wat kaalkoppen bracht waren beiden zeer enthousiast.Een gedeelte zou worden bewaard voor een uitstapje naar Parijs,waar Dick en Laura vrienden uit Canada zullen ontmoeten.Het andere deel werd in Den Haag opgegeten.Dick heeft zich die avond vermaakt met T.V. kijken.Hij heeft gelachen en geluisterd naar een avond DUTCH T.V.De Nederlandse omroep in al haar glorie teneinde het volk te vennaken met lach, huil, lul- en kulshows.
Terwijl Laura zich met andere zaken bezig hield kon Dick zich niet meer van het scherm losmaken. Kleuren werden voor beiden verschillend, gevoelens intenser, lacherig, overnoedig(een beetje brutaal)geconsentreerder en terugkomend in golven.De kaalkopjes zijn bij het gebruik van een gewone hoeveelheid(5 tot 8)niet overheersend hallucinerend.Ze versterken je eigen visuele waarnemingen,zorgen voor een verdieping van dimensies en geven extra ruimte voor je eigen fantasie en kreativiteit.Alle konsumenten van de kaalkop zijn het er over eens dat naast de vriendelijke en kleurrijke effekten,het onbeperkt mogelijk blijft "normaal" te funktioneren onder elke(ook onverwachte) omstandigheid. Autorijden, geluid mixen, schrijven,praten,fietsen,alles gaat gewoon door alsof er niets aan de hand is. Robin wist het nadat hij de kaalkop gegeten had zeer goed uit te drukken:
Enjoyable, yes, Envigorating, yes, Enlightning, yes. I'am looking forward to the next time.
The Liberty Cap is free.Free the Liberty Cap.




         afb23a
afb23b


omslagachter


Home